Iemand die stand kan houden wordt spreekwoordelijk ook wel geroemd als “iemand met een ruggengraat”. Wonderbaarlijk aangezien een ruggengraat an sich beperkte stabiliteit van zichzelf heeft. Ontdaan van alle samenwerkende spieren zal de compressiekracht beperkt moeten blijven tot nog geen 10 kg voordat het als een kaartenhuis in elkaar stort (Lucas D, 1961). Ons wervelkolom is kwetsbaar bij herhaalde verhoogde druk en heeft tijd nodig om te herstellen. Zoals het in de natuur werkt, zo ook in het lichaam. Het is van belang dat er een evenwicht gevonden wordt tussen belasting en belastbaarheid. Disbalans kan leiden tot letterlijke scheefgroei.
Er zijn twee manieren om stabiliteit te generen: compressie en tensegriteit. Compressie kan vergeleken worden met een Romeinse boog, waarbij de onderste stenen onwrikbaar zijn door het gewicht (compressie) van de lagen erboven. In het lichaam is het bekkengebied het fundament voor de wervelkolom. Hierbij wordt het heiligbeen klem gehouden door de bekkenhelften en zorgt het voor stabiliteit van de wervelkolom. Tensegriteit kan vergeleken worden met een scheepsmast, waarbij men een evenredige spanningsverdeling in de stagen nastreeft.
Omdat wij gedurende ons leven volop in beweging zijn is een dynamische stabilisatie van de spieren en passieve structuren noodzakelijk. Binnen de synergie waarbij het samengaan van delen meer oplevert dan de som der delen, zo is er geen enkele reden om aan te nemen dat één of een beperkte set spieren belangrijker is dan andere spieren bij de stabilisatie van de wervelkolom. Speciale aandacht is er wel voor de transversus abdominis (dwarse buikspier), multifidus, diafragma en bekkenbodemspieren. Deze interne unit werkt samen om stabiliteit van de wervelkolom te waarborgen. De transversus abdominis is aan de achterzijde van het lichaam verbonden aan de thoracolumbale fascia (peesplaat) dat bij samentrekking leidt tot een natuurlijke korset.
Verscheidene stromingen prefereren gelukkig steeds vaker bracing boven abdominal hollowing. Bij abdominal hollowing wordt de navel ingetrokken, ook wel bekend als de draw-in-manoeuvre (DIM). Het flink samentrekken van de transversus abdominis levert enige bijdrage aan stabiliteit, echter betaald het een hoge prijs als het gaat om onnodige druk en verslechterde prestatie (Vera-Garcia FJ 2007, Grenier SG., 2007). Bracing is gebaseerd op het tensegriteitsprincipe, waarbij er een evenredige ophanging ontstaat rondom de wervelkolom. Het kan gedoseerd aangespannen worden om de toenemende vraag naar stabiliteit te kunnen beantwoorden. Visualiseer het als een dimmer; naargelang de weerstand op het lichaam toeneemt, hoe harder er aangespannen dient te worden en vice versa.
Hoe werkt bracen?
Bracen doet ieder mens zonder dat je er bewust van bent. Bij purgeren, een geforceerde uitademing, hoesten, bij “de grote boodschap”, lachen of wanneer je je voorbereid op een stoot in de buik. Kijk en verwonder dat je niet zozeer je navel intrekt, maar eerder je buik strak houdt of zelfs uitzet. Probeer maar eens te lachen met een ingetrokken navel, voelt raar nietwaar?!
Even kort uitblazen geeft je een goede indicatie wat de benodigde druk is bij stabilisatie van de wervelkolom.
Meer leren? Volg een gratis proefles bij REIN.
Bron:
1.Chivo; kennisinstituut vitaliteit
2.Vera-Garcia FJ (2007), Elvira JL, Brown SH, McGill SM. Effects of abdominal stabilization maneuvers on the control of spine motion and stability against sudden trunk perturbations. J Electromyogr Kinesiol. 2007 Oct;17(5):556-67. Epub 2006 Sep 22
3. Grenier Vanille SG (2007), McGill SM. Quantification of lumbar stability by using 2 different abdominal activation strategies. Arch Phys Med Rehabil. 2007 Jan;88(1):54-6